Wie mij wil HELPEN hoeft niet zo veel BIJZONDERS te DOEN. Wie mij wil helpen, moet er VOORAL ZIJN… 

Auteur: 

  • uit het boek 1001 dagen van rouw
EDDIS
09/04/20

HYSTERIE

Huilend viel ik over hem heen. Vol overtuiging voerde ik de altijd zo ongeloofwaardige nieuwbakken weduwescène uit een slechte B-film op. Het had me altijd een belachelijk scenario geleken – alsof  je op zo’n moment gelijk zou beseffen hoe groot het verlies is, hoe immens het drama.

Maar ik kon er niets aan doen – ik werd door emotie overspoeld en gestuurd.
‘O, Karel, wat moet ik nou toch zonder jou?’ jammerde ik, me vaag bewust van mijn hysterie.

Mijn liefste was net overleden, maar de grootte van het gat dat zijn dood sloeg, was direct duidelijk. Het verdriet was verpletterend, het gemis kolossaal. Hoe moest ik dit aanpakken? Wie kon mij helpen?

Ik had maanden tijd gehad om me op dit moment voor te bereiden, maar toch had ik nauwelijks voorsprong op een vrouw die onverwacht te horen had gekregen dat haar man een fatale hartstilstand had gehad en nooit meer thuis zou komen.

Want de dood is onvoorstelbaar, het definitieve vertrek van je lief ongrijpbaar. Mijn hoop was lange tijd en tot het laatst bijna onuitroeibaar. En wat ik wist, kon ik maar niet begrijpen. Dat uitgerekend ik het zonder mijn man moest gaan doen – terwijl wij een eenheid waren – vergroeid en verstrengeld, onmogelijk uiteen te halen.
(een fragment uit het boek 1001 dagen van rouw)

Aantal keer bekeken

2634